Autogas wordt gebruikt als brandstof in verbrandingsmotoren voor onder andere auto's. Autogas is een mengsel van propaan (C3H8) en butaan (C4H10). Afhankelijk van de temperatuur wordt het mengsel in een bepaalde verhouding samengevoegd. Bij hogere temperaturen wordt meer butaan gebruikt, terwijl bij lagere temperaturen meer propaan aan het mengsel wordt toegevoegd. LPG heeft een klopvastheid van 108-110, veel hoger dan superbenzine.
Autogas is een veel schonere brandstof dan benzine of diesel, aangezien het gegarandeerd lood- en zwavelvrij is en zich beter in de motor mengt. Dit leidt tot betere verbranding en veel schonere uitlaatgassen dan bijvoorbeeld van benzine- of Dieselmotoren.
LPG is ook een zeer goedkope brandstof omdat het een restproduct is dat ontstaat bij de raffinage van aardolie. De hoge kosten voor de inbouw van een LPG-tank, de hogere wegenbelasting voor auto's die geen G3-installatie hebben en het iets hogere brandstofverbruik worden vaak genoemd als nadelen. De overheid voert hierin echter een tegenstrijdig beleid; vanuit het oogpunt van milieuverontreiniging zou het gebruik van LPG moeten worden gestimuleerd, ten koste van gebruik van diesel en benzine.
In Nederland werd in 1954 LPG geïntroduceerd door Bessel-Kok (BK Gas).